‘ Je gaat naar de koelkast en je pakt daaruit de jong belegen kaas dat in een ritselend papiertje zit.
Je roept je hond en je geeft hem een stukje kaas terwijl je nog met dat papiertje zit te prutsen.
Jouw hond neemt het lekkers in dank aan.
De volgende keer dat jij de kaas uit de koelkast pakt en je ritselt met het papiertje, dan staat de hond al naast je ‘Kom maar door met dat lekkers baas’.
Hoe fantastisch is dat dan!
Zo snel leert een hond.
We hebben nu dus vastgesteld dat een hond heel snel kan leren. Voornamelijk als de hond er zijn/haar voordeel mee kan doen. Honden zijn namelijk opportunistische wezens. Daar is niks mis mee en als je je daar van bewust bent, kan je van deze wetenschap gebruik maken.
Maar als honden snel leren, hoe kan het dan dat vele hondenbezitters worstelen met het gedrag van hun hond.
Trekken aan de lijn, een hond die ervan door gaat, uitvalgedrag naar andere honden, doordrammen, spel afdwingen, etc.
Ik lees ervaringsverhalen van hondenbezitters die tijden bezig zijn met de hond het trekken aan de lijn af te leren, als de hond dan eens niet trekt aan de lijn, dan krijgt het een beloning. Of ze leren dat ze stil moeten blijven staan wanneer de hond trekt en weer moeten gaan lopen als de hond kijkt of gaat zitten.
En als al die pogingen falen dan kan je altijd nog een antitrektuig kopen of een halti. Sterker nog, er zijn zelfs hondenscholen die dit soort ‘hulpmiddelen’ verkopen – mind blowing – .
->Maar waarom doorgaan met aanmodderen, we weten toch dat honden snel leren?
Of hondenbezitters die het advies hebben gekregen om met brokjes op de grond te strooien ter voorkoming van een incident met hun hond die reactief is naar andere honden. Vervolgens lopen ze jarenlang met zakken vol strooigoed en ontstaat er een probleem als de zakken leegraken tijdens een wandeling.
->Maar waarom doorgaan met een methode die niet werkt, we weten toch dat honden snel leren?
Wat is nu in voorgenoemde voorbeelden het geval? Dit kunnen meerdere dingen zijn; bijvoorbeeld de hond ervaart de beloning niet als beloning, of de hond heeft geen idee waar hij voor beloond wordt en zo zijn er nog wel wat mogelijke oorzaken op te noemen.
Ook worden er technieken aangeleerd waarbij de hond de hondenbezitter moet gaan aankijken (bijvoorbeeld bij uitvalgedrag naar andere honden) en vervolgens krijgt de hond een beloning.
Maar wat nou als de hond eigenlijk een niet al te beste relatie met zijn baas/bazin heeft en meer kijkt van ‘ik voel F*CK you, ik voel pissig, ik voel boosheid’; heeft belonen dan zin of kan er beter gewerkt worden aan relatie hond/baas?
Ik denk dat het antwoord zich laat raden.
Dat laatste, werken aan relatie hond/baas, dat is waar ik mij mee bezig houdt. Er moet namelijk een omgeving worden gecreeërd waarbij de hond dingen van jou kan en wil aannemen en de hond dingen kàn leren.
Voor een onzekere hond moet de baas/bazin het anker worden, zijn/haar houvast. Als de hond dit vertrouwen in je heeft, dan ga je de hond opbouwen, stap voor stap zekerder maken.
Honden die denken alles te moeten regelen, zullen moeten leren dat het zo niet werkt, in de mensenwereld regelen wij mensen het wel. En dat vergt een hele andere aanpak. De hond moet van jou willen aannemen dat jij het regelt.
Als de relatie mens/hond als een huis staat kan met het trainingsbestanddeel worden begonnen, dan leer ik je over timing, over opbouw oefeningen, belonen, corrigeren, hondengedrag, over wat voor consequentie jouw gedrag heeft op je hond, etc.. Maar JIJ moet het gaan doen, ik leer je hoe.
De Stapcontact-methode ontwikkelt door Klaas Wijnberg kenmerkt zich door een hele persoonlijke aanpak.
Er is geen hond gelijk, er is geen hondenbezitter gelijk. Daar zijn we het vast ook wel over eens.
Als jij de juiste frequentie met jouw hond weet te vinden, dan wordt het een feestje.
Voor een hond is leren dus heel eenvoudig, als jij het hem/haar maar mogelijk maakt om te kunnen leren.